Terugblik 2023

Tijdens de succesvolle week van Lezen en Schrijven Utrecht gehouden van 8 t/m 15 september 2023, hebben 14 organisaties zich ingezet om meer dan 50 diverse activiteiten te organiseren, waarbij ze ongeveer 500 mensen hebben bereikt die laaggeletterd of laag-digitaal-geletterd zijn. Meer dan 63 mensen hebben persoonlijk ervaren wat het is om laaggeletterd te zijn, en meer dan 50 organisaties in Utrecht zijn betrokken geraakt bij het vergroten van bewustwording over laaggeletterdheid. Deze initiatieven hebben geholpen om het belang van geletterdheid te benadrukken, het taboe rond laaggeletterdheid te doorbreken en de bekendheid van dit project aanzienlijk te vergroten. Hieronder worden de belangrijkste doelen van dit project en de manieren waarop ze zijn bereikt besproken.

Doel 1: Empowerment van deelnemers bevorderen

Een heel belangrijk doel van de Week van Lezen en Schrijven was het aanmoedigen van deelnemers en het vergroten van hun zelfvertrouwen. Dit werd bereikt door middel van diverse workshops, georganiseerd door zowel de wijkorganisaties als de bibliotheek. Deze workshops omvatten schrijf-, lees-, reken- en digitale vaardigheden, waarbij deelnemers de kans kregen om hun eigen verhalen te delen en creatieve expressie te verkennen.

Bijvoorbeeld, Digiwijs bood deelnemers de kans om de "taal" van de computer en het internet te leren spreken met hun workshop "Spreek jij digitaals?". NL Training organiseerde een leerzame taalspeurtocht die de deelnemers hielp om hun taalvaardigheden te verbeteren.

Villa Vrede zorgde voor creatieve expressie met een leuke dichtworkshop, waar deelnemers hun gevoelens en gedachten konden uiten door middel van poëzie. En Stichting Basmah Academy droeg bij door een voorleesworkshop voor ouders te organiseren, waarmee ze niet alleen de taalvaardigheid van ouders verbeterden, maar ook de waarde van voorlezen benadrukten.

Deze diversiteit aan workshops bood deelnemers de gelegenheid om hun eigen verhalen te delen, hun vaardigheden te ontwikkelen en hun zelfvertrouwen te vergroten.

Doel 2: Laaggeletterdheid bespreekbaar maken

Laaggeletterdheid bespreekbaar maken is van groot belang om dit onderliggende probleem effectief aan te pakken. Een creatieve aanpak om dit te bereiken was het gebruik van een escapecaravan. Binnenin de caravan konden bezoekers een tastbare ervaring opdoen van wat laaggeletterdheid met zich meebrengt, waardoor ze beter begrepen wat mensen met deze uitdaging doormaken.

Na deze ervaring werden er gesprekken gevoerd over het dilemma van laaggeletterdheid. Dit bood een veilige omgeving waar mensen openlijk konden praten over de impact van laaggeletterdheid op het dagelijks leven, werk en persoonlijke ontwikkeling. Het doel was om begrip te kweken, vooroordelen te doorbreken en de weg vrij te maken voor meer steun en hulp voor degenen die met laaggeletterdheid te maken hebben. Het bespreekbaar maken van laaggeletterdheid is een belangrijk stap naar een inclusievere samenleving.

Doel 3: Bekendheid van het dilemma vergroten

Een belangrijk doel was het vergroten van de bekendheid van het probleem van laaggeletterdheid. In samenwerking met Stichting Lezen en Schrijven organiseerde de Bibliotheek een lunchbijeenkomst die specifiek gericht was op dit onderwerp. Deze bijeenkomst vond plaats in twee grote wijkbibliotheken, waar ongeveer 50 vertegenwoordigers van diverse wijkpartners bijeenkwamen voor een diepgaande discussie.

Het hoofddoel van deze bijeenkomst was het scherp in beeld brengen van het fenomeen van laaggeletterdheid en het bespreken van manieren waarop de bibliotheek en de wijkorganisaties gezamenlijk de inwoners van Utrecht beter kunnen ondersteunen. We hebben actief gezocht naar manieren om elkaars krachten te bundelen en de impact van onze samenwerking te vergroten. Tijdens de lunchbijeenkomst hebben we diverse initiatieven besproken, en het is onze intentie om gedurende het hele jaar door activiteiten en campagnes te organiseren. Daarnaast willen we de samenwerking verder versterken, zodat we snel en effectief kunnen handelen. Samenwerking vormt de kern van ons succes.

Doel 4: Samenwerking tussen de wijkorganisaties versterken

Het project slaagde erin om de samenwerking tussen verschillende wijkorganisaties te versterken. Niet alleen hebben de Bibliotheek, Stichting Lezen en Schrijven en Stichting Basmah Academy nauw samengewerkt, maar ook lokale logopediepraktijken, scholen en andere organisaties zijn betrokken geraakt bij de activiteiten. Deze synergie heeft geleid tot een verbeterde coördinatie en effectievere initiatieven om mensen te helpen.

Lokale scholen, diverse organisaties en stichtingen werden eveneens geïntegreerd in deze samenwerking, waardoor de initiatieven verder werden versterkt. Dit resulteerde in een bredere impact, zowel wat betreft het vergroten van bewustwording over laaggeletterdheid als het creëren van meer educatieve kansen voor onze gemeenschap. Het mooie is dat deze samenwerkingen niet eindigen na deze week van Lezen en Schrijven, ze zullen blijven bestaan en bijdragen aan een sterker en meer ondersteunend netwerk voor de toekomst. Samenwerken is en blijft van cruciaal belang voor de verbetering van onze gemeenschap.

Doel 5: Duurzaamheid van geletterdheidsinitiatieven waarborgen

Het waarborgen van de voortdurende aandacht voor dit belangrijke probleem, zowel tijdens als na de Week van Lezen en Schrijven, was een prioriteit. Dit werd gerealiseerd door de permanente aanwezigheid van de magnetische letterkar in de bibliotheek, waardoor deze altijd beschikbaar is voor diverse taalactiviteiten.

Bovendien heeft de activiteit van Basmah Academy nu een solide voortzetting gevonden in de bibliotheek van Kanaleneiland, ook na de week. Hierdoor blijft de impact van hun voorleesworkshop groeien en worden meer mensen bereikt.

Taal Doet Meer heeft eveneens een langetermijnvisie met de lancering van de "30.000 Utrechters" campagne, die tot doel heeft meer vrijwilligers te werven. Deze vrijwilligers zullen blijvend bijdragen aan het bestrijden van laaggeletterdheid. De inzet voor duurzame activiteiten en blijvende bewustwording is essentieel om dit probleem effectief aan te pakken en te voorkomen.

Conclusie

De Week van Lezen en Schrijven was een uiterst succesvol project dat belangrijke doelen heeft bereikt. Vrijwilligersbewustzijn is vergroot, de bekendheid van het dilemma van laaggeletterdheid is toegenomen, en laaggeletterdheid is bespreekbaar geworden in de gemeenschap. Dit project heeft niet alleen mensen geholpen hun lees- en schrijfvaardigheden te verbeteren, maar heeft ook een culturele verschuiving in gang gezet, waarbij geletterdheid als een gemeenschapsverantwoordelijkheid wordt beschouwd.

Terugblik 2022

Fotografie i.s.m. Vrijwilligerscentrale Utrecht

Tijdens de Week van Lezen en Schrijven (8 t/m 14 september 2022) gaf het Utrechtse digiTaalnetwerk volop aandacht aan het belang van taal en digitaal om mee te kunnen doen in de samenleving: de digiTaalweek Utrecht!

In de digiTaalweek organiseerden 15 organisaties in opdracht van gemeente Utrecht maar liefst 45 activiteiten en campagnes met als gezamenlijk doel: het verminderen van laaggeletterdheid. Het aanbod was breed: van bewustwordingscampagnes en wervingsacties voor nieuwe vrijwilligers, tot taalbingo en speurtochten door de stad. Er werden ca. 400 laaggeletterden/laagdigitaalvaardigen bereikt met de activiteiten en meer dan 35 Utrechtse organisaties betrokken bij de bewustwording rond laaggeletterdheid. Al met al een geslaagde week vol leuks en leerzaams!

Bewustwording

Een van de manieren om laaggeletterdheid en lage digitale vaardigheden onder de aandacht te brengen is door bewustwording bij organisaties. Meerdere organisaties gingen vanuit dit vertrekpunt te werk.
Zo organiseerde de Bibliotheek Utrecht in samenwerking met Stichting Lezen en Schrijven de training Herkennen van Laaggeletterdheid voor bibliotheekmedewerkers. Zij werden in de digiTaalweek bijgeschoold op het herkennen en doorverwijzen van laaggeletterden. Bibliotheekmedewerkers komen deze doelgroep regelmatig tegen in hun werk.
Ook de Brievenwasserette was een mooie activiteit om organisaties te wijzen op hun manier van communiceren met de burger. Begrijpelijke taal is essentieel om je boodschap goed over te kunnen brengen. Taalambassadeurs van Stichting ABC en andere (oud)taalleerders gingen daarom samen met de deelnemende organisaties in gesprek om de brieven aan hun klanten ‘te wassen’ en dus leesbaar te maken.
Het DigiTaalhuis trok de wijken in om de bewustwording van organisaties rond laaggeletterdheid te vergroten en om hen te informeren hoe zij deze doelgroep door kunnen verwijzen naar het aanbod in de stad. Met deze actie werden 20 organisaties tijdens de digiTaalweek bezocht.

Voor de doelgroep

Veel van de georganiseerde activiteiten waren specifiek voor taal- en/of digitaalleerders. Ontmoeting, kennismaking, plezier en ook leren stonden centraal. Een greep uit de activiteiten:
NLtraining organiseerde een geslaagde taalspeurtocht in de binnenstad, waarbij druk werd geoefend met de Nederlandse taal. Waarom heet de Winkel van Sinkel eigenlijk zo als je er niet kunt winkelen? En wat betekent ‘een gegeven paard niet in de bek kijken'? Deelnemers lieten na afloop weten dat ze het enorm naar hun zin hadden gehad én nieuwe mensen hadden leren kennen.
In Buurtcentrum Terwijde vond een letterbingo en een taalquiz plaats. Bij Digiwijs kon je o.a. de workshop Spreek jij Digitaals? volgen. In Sterrenzicht werd door DOCK een kinderboekenhoek ingericht, waar nu nog steeds gelezen wordt door gezinnen. In Hart van Hoograven was twee keer een leesclub speciaal voor NT2’ers. Deze vrouwengroep reageerde enthousiast en bezoekt binnenkort als vervolgactiviteit de bibliotheek in Hoograven.

Nieuwe vrijwilligers

Veel van de activiteiten die in Utrecht voor laag(digi)taalvaardigen worden georganiseerd, draaien voor een groot deel op de inzet van vrijwilligers. Deze vrijwilligers zijn goud waard in de strijd tegen laaggeletterdheid. Bovendien is het sinds de coronacrisis voor veel organisaties lastiger geworden om voldoende vrijwilligers te vinden. Extra reden dus om hen tijdens de digiTaalweek in het zonnetje te zetten én om te laten zien hoe leuk en waardevol het is om als nieuwe vrijwilliger aan de slag te gaan.
In het centrum werd een bijeenkomst georganiseerd voor de vrijwilligers van het DigiTaalhuis. Zij konden elkaar ontmoeten en ervaringen uitwisselen. Het was tevens de aftrap van een nieuw jaar vol mooie digiTaalactiviteiten.

Duurzame activiteiten

De digiTaalweek is natuurlijk maar één week per jaar. Des te mooier was het om te zien dat veel van de georganiseerde activiteiten dit jaar blijvend van aard waren of op een of andere manier een vervolg krijgen.
Zo schilderde de Vrouwenschildergroep in Zuilen op het schoolplein bij Buurthuis de Beatrix blijvende taalspelletjes, zodat die ook in de toekomst nog gespeeld kunnen worden.
Bij Taal Doet Meer werden er speciaal ontworpen ‘Praatwaaiers’ uitgedeeld aan taalcoaches. Op de praatwaaier staan inspirerende, grappige en verdiepende gespreksvragen op 3 verschillende taalniveaus. Door deze opzet kan de waaier goed ingezet worden in gemêleerde taalgroepen. In totaal zijn er iets meer dan 30 praatwaaiers cadeau gedaan in de digiTaalweek. Een greep uit de reacties: ‘Wat een leuke verrassing!’ ‘Wat een handig ding!’ ‘Dit is echt perfect voor mijn groepje!’
DigiWijs ontwikkelde drie nieuwe workshops die gepresenteerd werden tijdens de digiTaalweek, maar die nog een vervolg krijgen in het komende jaar. Ten slotte richtte DOCK in Buurthuis Sterrenzicht een speciale kinderboekenhoek in. Tijdens de voorleesmiddag werd er nog voorzichtig gebruik van gemaakt, maar inmiddels komen er regelmatig ouders met kinderen boeken lezen en ruilen. Precies waar het hoekje voor bedoeld is!

De digiTaalweek 2022 leverde mooie resultaten, vruchtbare nieuwe samenwerkingen, bewustwording rond laaggeletterdheid en nieuwe deelnemers op. Dank voor alle inzet en tot volgend jaar!

Terugblik 2020

Tijdens de digiTaalweek Utrecht 2020 stonden we in lezingen, panel­gesprekken en workshops stil bij de vraag: Wat levert corona ons op als het gaat om digi(taal) en kansengelijkheid?

Panelleden en deelnemers schrokken van de groeiende ongelijkheid en de stijging van laag­geletterdheid. De coronacrisis heeft dit nog versterkt. Uit de bespreking en evaluatie: “Ik ver­moedde als taalvrijwilliger dat het Basiskennisniveau NL achteruitgaat maar had niet verwacht dat het zo schrikbarend was.” “Alles komt samen in deze tijd. Angst voor corona en het niet (digi)taal­vaardig zijn. Dat stelt ons voor een enorme uitdaging, waarbij samenwerking in de wijk ontzettend belangrijk zijn.”

Unaniem geven zowel panelleden als deelnemers ook aan dat de coronacrisis aangetoond heeft dat er in het onderwijs veel meer mogelijk is dan werd verwacht. Een panellid: “Ik ben nog strijd­lustiger dan ik al was; er zijn mooie verbanden te leggen.” Duidelijk is dat we met elkaar nog voor veel uitdagingen staan. Digitale vaardigheden van kinderen en ouders worden vaak overschat. Het contact met ouders gaat verloren, omdat de communicatie vooral via digitale nieuwsbrieven en systemen als Magister verloopt.

Hoopvol is anderzijds dat ouders zelf steeds meer initiatief nemen en de verantwoordelijkheid van professionals overnemen. Vóór ouders dóór ouders. Uiteindelijk spelen zij een cruciale rol in de ontwikkeling van hun kind. Of, zoals een panellid afsloot: “Alle bemoediging door ouders voor hun kinderen is belangrijk.”

Een aantal andere conclusies:
“Corona heeft geleerd dat mensen klaar staan voor elkaar. We moeten wederkerigheid vorm geven door een taalvaardig iemand koppelen aan niet- taalvaardig iemand.”
“Met één hand kun je niet klappen. Je moet samenwerken.”
En een deelnemer van een workshop:
“Mooi om te horen hoe vrouwen die anderstalig zijn en geen digitale vaardigheden hebben, vanuit hun eigen kracht toch met de tijd mee kunnen gaan en hun kinderen kunnen volgen.”

Bijeenkomst 8 september 2020

Leefomgeving en kansengelijkheid in het onderwijs

Bijeenkomst 9 september 2020

Taal- en digitale vaardigheden in het gezin in tijden van corona

Bijeenkomst 10 september 2020

(digi)Taal en kansengelijkheid: voorbeelden uit de praktijk

Terugblik 2019

‘Ik begeef me nog maar sinds kort in dit veld, maar door deze dag ben ik helemaal geïnspireerd geraakt.’

Voor het tweede jaar op rij organiseerden verschillende digiTaalorganisaties in de Week van de Alfabetisering een dag speciaal voor (digi)taalvrijwilligers. In opdracht van de gemeente Utrecht werden taalvrijwilligers op vrijdag 13 september 2019 onder het motto ‘Leuk, lekker en leerzaam’ in Het Huis Utrecht in het zonnetje gezet. Tijdens deze dag konden de vrijwilligers genieten van inspirerende workshops, variërend van ‘Creatief met Taal’ tot een zangworkshop ‘Durf te zingen’, en waren er verschillende theatrale activiteiten.

(foto: Anne van Dijk)

(foto: Anne van Dijk)

‘Er was eens een wereld gelijk aan de onze, met één groot verschil: in deze wereld leven mensen zonder taal...’ Met deze prikkelende tekst gaven de makers van Zacht Zand de deelnemers aan de dag meteen bij hun entree al stof tot nadenken. De vrijwilligers mochten met de zin aan de slag om uiteindelijk tot een verhaal te komen. De onderliggende vragen – Wat is de betekenis van taal in deze samenleving?, Kunnen we zonder taal? – kwamen ook na deze entr'acte nog in verschillende gedaanten voorbij op de digiTaal vrijwilligersdag.
Zo werden deelnemers aan de workshop ‘Creatief met Taal’ uitgedaagd om op een andere wijze naar woorden en zinnen te kijken en hield acteur Mimoun Oaïssa (Shouf Shouf Habibi!, Het Schnitzelparadijs) bij de afsluiter van de dag iedereen een spiegel voor over het gebruik van lichaamstaal. ‘Hoe zorg je ervoor dat iemand echt luistert naar wat je wilt zeggen? Als het gaat om lichaamstaal, zijn we eigenlijk allemaal analfabeet.’ Twee aan twee werden deelnemers in de Theaterzaal opgesplitst om elkaar te bevragen zonder oogcontact te maken of juist door continu in elkaars ogen te blijven kijken. Het leverde ver­schillende lachsalvo’s op. Mimoun Oaïssa: ‘Uiteindelijk draait het allemaal om de beheersing van je lichaamstaal.’

Acteur Mimoun Oaïssa hield bij de afsluiter van de dag iedereen een spiegel voor over het gebruik van lichaamstaal (foto: Birgit Schuch)

Acteur Mimoun Oaïssa hield bij de afsluiter van de dag iedereen een spiegel voor over het gebruik van lichaamstaal (foto: Birgit Schuch)

Campagne voor laaggeletterde Utrechters

Het belang van taal als motorolie voor een inclusieve samenleving wordt ook omarmd door drie Utrechtse communicatiebureaus, die de komende maanden campagnes gaan ontwikkelen om aandacht te vragen voor laaggeletterde Utrechters. Het motto van de campagne is ‘Zo doen we dat in Utrecht!’
Wethouder Anke Klein liet bij de opening van de digiTaalvrijwilligersdag weten zeer content te zijn met dit initiatief. ‘Ik ben trots op alle taalvrijwilligers en alle Utrechters die de taal en digitale vaardigheden onder de knie willen krijgen. Geweldig dat in de Week van de Alfabetisering in Utrecht deze communicatie­bureaus laten weten zich in te willen zetten om taalvaardigheid onder de aandacht te brengen en daarmee nieuwe vrijwilligers enthousiast te maken!’
Duidelijk is dat de communicatiebureaus aan de slag kunnen, gezien alle ideeën die verschillende deelnemers kenbaar maakten op hun gekleurde post-its. Een paar voorbeelden: ‘Taalscholen moeten cursisten met eenvoudige taal benaderen. Noem het bijv. geen “spreekvaardigheid”, maar “leren spreken”, ‘Probeer vrijwilligerstaken te omschrijven die niet langdurig vaste afspraken behelzen. Los-vaste projecten: mensen willen vaak niet te lang vastzitten. Geen zieligheid, niet “helpen”.’

(foto: Birgit Schuch)

Workshop ‘Durf te zingen’ met dirigent Froukelien IJntema (foto: Birgit Schuch)

Durf

Naast het belang van taal stond ook het thema ‘Durf’ centraal op deze dag. Meest concreet kwam dit tot uiting in de workshop ‘Durf te zingen’, waar deelnemers door dirigent Froukelien IJntema werden uit­gedaagd om in het Zuid-Afrikaans te zingen. Voor veel aanwezigen een nieuwe ervaring. Desondanks verrasten ze de andere bezoekers anderhalf uur later met een spontaan optreden in de hal van Het Huis Utrecht.
Het thema ‘Durf’ kwam ook naar voren in de workshops ‘Intercultureel bewustzijn’ en ‘Trauma-sensitieve ondersteuning’. Workshopleidster Khadija Azahaf (Intercultureel bewustzijn) verwoordt haar strijd als volgt: ‘Op school werd ik beloond als ik er eerlijk over was als ik iets had gedaan wat niet mocht, thuis kreeg ik een tik en moest ik naar mijn kamer.’
In de workshop ‘Trauma-sensitieve ondersteuning’ werd door workshopleidster Anne van den Ouwelant juist een beroep op de durf van taalvrijwilligers gedaan, als zij mensen met trauma’s tegemoet treden. ‘Jij kunt mensen een gevoel van veiligheid, vertrouwdheid teruggeven. En de controle over hun leven door er gewoon op vaste momenten in de week voor ze te zijn.’ Met behulp van een belletje, ordner, telefoon en wetboek legde Van den Ouwelant haarfijn uit hoe onze hersenen werken en wat er gebeurt als er sprake is van trauma. ‘Het belletje blijft rinkelen en de ordner, telefoon en wetboek blijven onberoerd.’ Ook in de andere workshops werden grenzen verlegd en nu tools aangereikt om op een speelse manier met taal bezig te zijn.

(foto: Anne van Dijk)

Workshop ‘Intercultureel Bewustzijn’ met Khadija Azahaf (foto: Anne van Dijk)

‘Ik ben helemaal geïnspireerd geraakt’

Ruim 125 personen namen deel aan de tweede editie van de digiTaalvrijwilligersdag. Verschillende deelnemers maakten gebruik van de gelegenheid om een gast mee te nemen, die op deze dag kennis kon maken met de het werk van taalvrijwilligers. Onder hen ook één van de betrokkenen bij het digiTaalhuis in Leidsche Rijn, dat in de Week van de Alfabetisering werd geopend. ‘Ik ben zeer verrast door het profes­sionele karakter van de dag. Ik begeef me nog maar sinds kort in dit veld, maar door deze dag ben ik helemaal geïnspireerd geraakt.’

(foto: Birgit Schuch)

(foto: Birgit Schuch)